Dinsdagavond bereikte de PvdA en SGP-Statenfracties het nieuws dat de Tweede Kamer zich positief uitspreekt over het één dag gratis openstellen van Rijksmusea. In de overwegingen van de motie van PvdA-leider Lodewijk Asscher, SGP-leider Kees van der Staaij e.a. staat dat cultureel erfgoed voor iedereen toegankelijk moet zijn. Helaas heeft Zeeland geen Rijksmusea. We hebben echter wel waardevol cultureel erfgoed en indrukwekkende musea.
Als Zeeuwse PvdA en SGP-fracties zijn we benieuwd naar het breder toegankelijk maken van cultureel erfgoed in Zeeland. De PvdA en SGP willen graag dat het Zeeuwse culturele erfgoed toegankelijk is en blijft voor alle groepen mensen, ook de minima.
We lezen in de provinciale begroting 2020: “Cultuur is een kerntaak van de provincies en zien we als belangrijke pijler voor een aantrekkelijk Zeeuws vestigingsklimaat, door voor wonen, werken, studeren, ondernemen en persoonlijke ontwikkeling (onderwijs en cultuureducatie).” (..) “In samenwerking met interne en externe partners realiseren van een toekomstbestendige culturele infrastructuur die toegankelijk is voor een breed publiek en dienstbaar aan het vestigingsklimaat, de leefbaarheid en de toeristische aantrekkingskracht van Zeeland.”
De Statenfracties vinden het van groot belang dat de inwoners van Zeeland kunnen genieten van ons rijke culturele erfgoed. Wij realiseren ons ook dat voor sommige mensen het betalen van een kaartje financieel lastig ligt. Daarom willen we graag de Zeeuwse minima maandelijks een kans bieden om gratis een Zeeuws museum te bezoeken.
Tot slot willen we een cultuurverandering teweegbrengen. Musea en cultureel erfgoed zijn voor alle inwoners en bezoekers van Zeeland. Wij horen helaas dat mensen het gevoel hebben dat musea niet voor hen bedoeld zijn. Het juiste signaal afgeven begint al van jongs af aan, zoals het mooie initiatief van de cultuurbus.
Naar aanleiding hiervan hebben de Statenleden Ralph van Hertum (PvdA) en Kees van den Berge (SGP) de volgende vragen aan het college van Gedeputeerde Staten van Zeeland gesteld:
1. Hebben Gedeputeerde Staten kennis genomen van de motie die door de Tweede Kamer is aangenomen met betrekking tot het één dag gratis openstellen van Rijksmusea? En zo ja, wat vinden Gedeputeerde Staten van deze motie?
2. Zijn Gedeputeerde Staten bereid om met Zeeuwse musea in gesprek te gaan om één dag per maand gratis open te gaan? Zo nee, waarom niet?
3. Welke mogelijkheden zien Gedeputeerde Staten om het Zeeuwse culturele erfgoed verder onder de aandacht te brengen bij de inwoners van Zeeland? Waarom denken Gedeputeerde Staten aan die initiatieven? En op welke termijn kunnen / willen Gedeputeerde Staten die initiatieven realiseren?
4. Als een gratis dag om musea te bezoeken misschien niet direct nieuw publiek trekt, op welke andere wijze kan nieuw publiek worden aangetrokken voor cultureel erfgoed en musea? De provincie verzorgt al de mogelijkheid om jongeren met musea te laten kennismaken, bijvoorbeeld via de cultuurbus. Hoe groot is de belangstelling hiervoor en hoe kan nog meer bekendheid hieraan gegeven worden?
Antwoorden op Statenvragen ‘Openstelling Zeeuwse musea’ (30-11-2019)