Tijd voor een Zeeuws fietsplan

De PvdA-Statenfractie zet zich in voor een Zeeuws fietsplan. Afgelopen jaren hebben we in Provinciale Staten veel gesproken over het openbaar vervoer en de Zeeuwse infrastructuur, maar in onze beleving heeft de fietser de toekomst. Daarom leggen we Gedeputeerde Staten een serie vragen voor over het ontwikkelen van een Zeeuws fietsplan.

Afgelopen Statenvergadering hebben we de regionale mobiliteitsvisie vastgesteld, maar ontwikkelingen en trends geven aan dat fietsers de toekomst hebben. Het elektrische fietsen is in opkomst en steeds meer mensen zien de fiets als betaalbaar en gezond alternatief voor de auto. Zeeland heeft ook aangegeven fietsprovincie nummer 1 te willen zijn en blijven.

Fietsers zijn geen uniforme groep. Zo zijn er mensen die naar hun school of werk fietsen en een groep mensen die voor hun plezier een tocht tegen de Zeeuwse wind maakt, langs de kust en door de dorpen. Beide ‘fietsgroepen’ hebben wel gezamenlijke belangen, zoals veiligheid op het fietspad. Het is mogelijk om provinciale investeringen te doen voor beide ‘fietsgroepen’, maar maakt de provincie daar werk van?

Het investeren in de fietser vergt een zorgvuldig plan, financiële middelen en bovenal een andere blik op de Zeeuwse wegen. Onze belangrijkste vraag is dan ook: gaan Gedeputeerde Staten mee in ons plan om een Zeeuws fietsplan te ontwikkelen, waarbij de fietser centraal komt te staan in de Zeeuwse mobiliteitsvraagstukken?

Naar aanleiding hiervan hebben Statenleden Ralph van Hertum en Inez Flameling de volgende vragen aan het college van Gedeputeerde Staten van Zeeland gesteld:

1. Zijn Gedeputeerde Staten het met ons eens dat de doelstelling van de provincie Zeeland moet zijn en blijven om fietsprovincie nummer 1 van Nederland te zijn en blijven? Graag een toelichting.

2. Welke acties hebben Gedeputeerde Staten ondernomen in de afgelopen jaren om de fietsinfrastructuur te verbeteren in Zeeland? Graag een toelichting.

3. Zijn Gedeputeerde Staten het met de PvdA eens dat fietsers onderbelicht zijn bij beleidsplannen over infrastructuur en vervoer? Graag een toelichting.

4. Hoe kijken Gedeputeerde Staten aan tegen de toekomstige rol van de fietser in het verkeer? Zijn Gedeputeerde Staten het met ons eens dat de fietser de toekomst heeft, vanwege betaalbaarheid, toegankelijkheid en gezondheid? Graag een toelichting.

5. Hoe kijken Gedeputeerde Staten aan tegen onze verdeling van de fietsers in recreatieve fietsers en mensen die voor school/werk op de fiets stappen? Zien Gedeputeerde Staten de fietsers als één doelgroep of zijn volgens Gedeputeerde Staten ook een verschillende aanpak nodig per fietsgroep? Graag een toelichting.

6. Er zijn verschillende overlegorganen waarbij fietsers vertegenwoordigd zijn. Hebben Gedeputeerde Staten overleg met vertegenwoordigers van de vele fietsers in onze provincie, zoals de fietsersbond? Graag een toelichting.

7. De PvdA wil dat een Zeeuws fietsplan wordt ontwikkeld, waarin de fietser centraal staat. Onder andere passende ‘fietsstructuur’ moet daarvoor in Zeeland worden aangelegd. Zijn Gedeputeerde Staten bereid om met de partners te overleggen om te komen tot een breed gedragen Zeeuws fietsplan? Graag een toelichting.