Door op 19 juni 2014

Wolven

De wolf is terug in Nederland. Dat is goed nieuws. Jaren geleden zijn ze verdwenen door de oprukkende mens. Nu hangen er aan onze landsgrenzen camera’s om te registreren zodra de eerste wolf een poot over de grens zet. Dat schijnt nu gebeurd te zijn. Het zat er al even aan te komen. Goed voor onze biotoop. Hazen en konijnen krijgen weer een natuurlijke vijand waardoor de populatie van deze diersoorten weer in evenwicht wordt gebracht. Dat zullen onze jagers niet leuk vinden. Ze hebben het al zo moeilijk. Moeten ze straks ook nog bij de provincie een jachtvergunning gaan halen. Wolven zijn niet bij iedereen geliefd. Het zal wel komen door het sprookje van Roodkapje, waar een vraatzuchtige wolf grootmoeder oppeuzelt. De wolf als vraatzuchtig monster is de beeldvorming. Het roept beelden op van een alles verslindende voorouder van ons geliefkoosde huisdier, de hond. Eigenlijk een groot onrecht voor deze viervoeter die juist een matig eetpatroon heeft. Alleen eten tot zijn maag gevuld is, en dan kan hij weer even vooruit.

Toch krijg ook ik visioenen van wolven als ik sommige mensen bezig zie. Als ik voor een parlementaire enquêtecommissie oud-topmensen van woningbouwcorporatie Vestia schaamteloos hoor zeggen dat ze het heel gewoon vonden om miljoenen te verdienen. In mijn onnozelheid denk ik dan wel eens: ‘Hoe krijg je het op?’ Oh ja, er was nog een dure auto. Daar had iemand wel spijt van. Ik moet dan denken aan de tijd van woningbouwverenigingen met mooie namen als Goed Wonen of Ons Streven, die uit idealisme goedkope huurwoningen bouwden. Bestuurders, in het dagelijks leven timmerman of fabrieksarbeider, haalden dan op hun vrije zaterdag de huur op. Maar de samenleving werd ingewikkelder, mensen raakten beter opgeleid en dus werden woningbouwverenigingen omgevormd tot professionele woningverhuurbedrijven.

Ook krijg ik visioenen van wolven als ik hoor dat top-managers van onze staatsbank ABN-AMRO een loonsverhoging krijgen van twintig procent. Terwijl schoonmakers weken moeten staken voor een paar procent loonsverhoging krijgen deze managers godsamme twintig procent op hun toch al riante salaris. Maar de bonussen raken ze kwijt, en ja dan moet je toch iets compenseren. Onze eigenste Jeroen, keurig in het pak, kwam verklaren dat het allemaal binnen de grenzen lag van wat mocht. Dan verlang ik naar die politicus in spijkerpak die ooit zei: ‘In geouwehoer kun je niet wonen.’ Wat zou ik graag gezien hebben dat een minister met of zonder stropdas tegen lachebekje Gerrit gezegd zou hebben: ‘Da’s geouwehoer! Ben je nu helemaal van de pot gerukt?’

Frits de Kaart